Water
Water kan niet onbeperkt worden toegevoegd. Door meer aanmaakwater te gebruiken wordt het beton weliswaar beter verwerkbaar, het eindresultaat is echter slechter. De verharding van cement is een chemische reactie die een beperkte hoeveelheid water vraagt; een teveel aan water levert zwakker beton ('water is vergif voor beton'). Een tekort aan water zorgt er echter weer voor dat niet alle cement reageert. Bijgevolg is een juiste verhouding tussen water en cement (de zogeheten water/cementfactor) noodzakelijk om een goede kwaliteit beton te verkrijgen.
Soorten water
- Leiding- of drinkwater Leiding- of drinkwater is in het algemeen bruikbaar als aanmaakwater. Er hoeft geen onderzoek te worden verricht om dit water te gebruiken.
- Industrieel water Industrieel water is ruw gezuiverd water, geleverd door de waterleidingsmaatschappij. Het water dient 1x per jaar te worden gekeurd.
- Teruggewonnen water Dit is water dat uit een industrieel proces wordt teruggewonnen. Dit teruggewonnen water moet tijdens de opslag beschermd worden tegen schadelijke vervuiling.
- Oppervlaktewater en bronwater Deze zijn doorgaans bruikbaar, echter voor toepassing als aanmaakwater dient vooronderzoek plaats te vinden.
- Zeewater en brakwater Zeewater en brakwater kan worden gebruikt bij ongewapend beton. Het is ongeschikt voor gewapend beton, omdat er chloride in het water zit. Chloride veroorzaakt corrosie van de bewapening.
- Spoelwater Spoelwater is afkomstig van het schoonspoelen van speciemengers en truckmixers. Dit water bevat resten beton of metselspecie. In een spoelinstallatie bezinken de zware delen en zo ontstaat cementslibwater. Het bevat altijd nog wat cement, fijne delen zand, evenveel hulpstoffen en grof zand en grind. Over het algemeen is dit water bruikbaar.
- Rioolwater Dit water is uiterst ongeschikt als aanmaakwater voor beton.
Milieuklassen volgens NEN-EN 206-1 en de daarbij behorende eisen volgens NEN 8005 en NEN 6720